“Als ik meester was, zou ik zéker een school kiezen die op maandag dicht was”, aldus mijn zoon (6 jaar). Ik postte het op Facebook. Daar kwamen meer reacties: kinderen die dan maandag en dinsdag niet naar school zouden gaan. Of zo min mogelijk. Die reacties werden met een knipoog gepost natuurlijk. Maar toch: wat zijn we aan het doen?
Als ik kijk naar het onderwijs, zie ik iedereen kéihard werken. Leraren, die lange, lange dagen maken, in de les en daarbuiten. Het werk is gewoon nooit echt af. Ik zie managers rondrennen, proberen ‘brandjes te blussen’, of te knokken voor docent en leerling. En ik zie de leerlingen. Altijd maar hun best doen, elke dag, om te passen in het plaatje. Om mee te bewegen in de stroom. Om te doen wat van ze gevraagd wordt, wat van de groep gevraagd wordt.
Och en dan verlang ik naar het ‘anders’. Een school waar een zekere rust heerst. Een school waar leerlingen leren op het moment dat ze willen leren, op het moment dat zij daar aan toe zijn. En een school waar leraren net zoveel (durven) leren van hun leerlingen. Waar de sfeer goed is, waar docenten en kinderen graag naartoe gaan. Ik noem het een droomschool. Maar het kan, zo bewijzen al veel mooie pioniers en pionierscholen.
Lijkt het te ver weg? Dat is misschien zo. Maar het maakt niet uit waar je begint, of hoe je begint. Je kan elke dag de keuze maken óm te beginnen. Je kan als leraar beginnen in de klas alleen al door de leerlingen te horen, te zien, te bevragen. Weet je eigenlijk wat ze thuis doen? Of wat ze het liefste doen? Of hoe ze graag werken?
Elke dag dat het gelukt is, elke les dat het gelukt is, is al een mooie stap. Je kan als directie beginnen met ruimte geven. Ruimte aan de leerlingen en aan de docenten. Je beleid bevragen. Leerlingen includeren in je denkstappen. Vraag ze eens, wat ze ervan vinden. Wat ze zelf zouden wensen. En kijk eens wat dat brengt.
Elke stap is er een! Wat doe jij vandaag?